Koning Huldebiet

Het menselijk brein is een opmerkelijk orgaan, altijd op zoek houvast. Onjuist verstane teksten in (meestal buitenlandse) liedjes of gedichten past het zo aan, dat het voor het verstand weer een soepel geheel wordt. Mondegreen noemen we dit verschijnsel, of Mamma Appelsap. Zo horen we in de toch Engelse tekst van de Lambada heel duidelijk "Waar is toch dat zebrahondje voor?" En ooit vroeg een jongetje na afloop van de hoogdravende versregels ‘Neem mijn stem, opdat mijn lied / U, mijn Koning, hulde biedt’ aan zijn juf “wie is eigenlijk koning Huldebiet?” Hoewel niet alle vogelzang zich in woorden laat vangen, lenen sommige deuntjes zich uitstekend voor zo'n Mamma Appelsapje. Neem de energieke vinkenslag, nu weer massaal te horen. Nederlandse oren horen “Heeft ook iedereen zoveel geld als Sietskes Marie?” Of “Weet je, weet je voor mij geen beskwie-iet?” Dat vraagteken keert ook terug in buitenlandse appelsapjes, zoals in het Duitse “Wie, wie, hab ich dich lieb?” en “Fritz, Fritz, Frits, willst du mit zum Wein gehn?” Fransen horen “Je suis le fils d’un riche prieur!” en Engelsen “In another month will come a wheatear.” Nu nog wachten op de eerste Friese mondegreen (mûlegrien?) van de vinkenslag. Alvast een voorzetje: "Bûter, brea en griene tsiis?"